PTA toetsen leerjaar 3 en 4
MAVO 3 (m3p3e)
PTA schrijfvaardigheid
Zowel MAVO 3 als MAVO 4 schrijft een korte mail naar een Duits bedrijf omdat je een klacht hebt. Je hebt namelijk een product gekocht bij een Duitse webshop, maar het product is beschadigd aangekomen. Wat doe je dan? Je gaat naar de website en je vult het contactformulier in: Je persoonlijke gegevens plus een korte toelichting. Je vertelt wat er aan de hand is en je wil óf je geld terug óf een vervangend product toegestuurd krijgen.
Hier een voorbeeld van een korte klachtenbrief. Tijdens de lessen gaan we hier meer aandacht aan besteden
Sehr geehrte Damen und Herren,
am [datum van de bestelling] habe ich bei Ihnen ein(e) [naam van het product] bestellt. Leider musste ich bei der Lieferung feststellen, dass das Produkt beschädigt bei mir angekommen ist. Der Karton war zwar unversehrt, aber das Produkt weist [beschrijf de schade, bijv. Kratzer, Risse, oder Defekte] auf.
Ich habe für das Produkt einen Betrag von [bedrag in euro's] bezahlt und bin sehr enttäuscht, dass es in diesem Zustand geliefert wurde. Ich bitte Sie daher um eine Lösung dieses Problems. Ich wünsche mir entweder die Lieferung eines neuen, unbeschädigten Produkts oder eine vollständige Rückerstattung des Kaufpreises.
Ich habe zur Dokumentation der Beschädigung Fotos gemacht, die ich Ihnen auf Anfrage gerne zusenden kann.
Ich hoffe, dass Sie mein Anliegen schnell und zu meiner Zufriedenheit bearbeiten werden. Bitte teilen Sie mir mit, wie Sie in dieser Angelegenheit weiter verfahren möchten.
Vielen Dank im Voraus.
Mit freundlichen Grüßen,
Deze toets is voor zowel MAVO 3 als MAVO 4 deel van het PTA. Voor MAVO 3 is dit de enige PTA toets in periode 3. MAVO 4 heeft daarnaast ook nog mondeling (telefoongesprek plus korte presentatie).
----------------------------------------------------------------------------------------
MAVO 4: (m4p3e)
Je hebt deze periode twee PTA toetsen
schrijfvaardigheid. Zie voorbeeld hierboven. Net als MAVO 3 schrijf je een korte klachtenbrief naar een Duitse webshop
Mondeling. Je mondeling bestaat uit twee delen. Je hebt net als MAVO 3 een mondeling waarin je een telefoongesprek voert (m34p3c) . Daarnaast hou je een korte presentatie over een onderwerp dat te maken heeft met de Duitse geschiedenis of actualiteit.
Je belicht in 5 minuten een van de volgende onderwerpen:
De Eerste Wereldoorlog
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de Eerste Wereldoorlog, waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer . Heute möchte ich über den Ersten Weltkrieg sprechen, der von 1914 bis 1918 stattfand
(Dag, lieve medeleerlingen en docent. Vandaag zou ik graag iets vertellen over de de Eerste Wereldoorlog, die van 1914 tot 1918 plaatsvond.)
2 Dieser Krieg hatte tiefgreifende Auswirkungen auf die Welt und veränderte die Geschichte Europas.
(Deze oorlog had grote gevolgen voor de hele wereld en verandere de geschiedenis van Europa)
3 Der Erste Weltkrieg begann aufgrund einer Kombination von politischen Spannungen, militärischen Bündnissen und nationalistischen Bewegungen.
(De Eerste Wereldoorlog begon door politieke spanning, militaire samenwerking en nationalistische bewegingen)
4 Ein wichtiger Auslöser war die Ermordung des österreichischen Thronfolgers Erzherzog Franz Ferdinand im Juni 1914.
De directe aanleiding was de moord op de Oostenrijkse troonopvolger Franz Ferdinand in juni 1914)
5 Die Hauptkriegsparteien waren die Alliierten, bestehend aus Frankreich, Großbritannien, Russland und später den USA, und die Mittelmächte, bestehend aus Deutschland, Österreich-Ungarn, dem Osmanischen Reich und Bulgarien.
(de belangrijkste strijdende parijen waren de Geallieerden, bestaande uit Frankrijk, Groot-Brittannïe, Rusland en later Amerika. Aan de andere kant stonden de Centralen, bestaande uit Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, het Ottomaanse Rijk en Bulgarije)
6 Der Erste Weltkrieg war der erste große Konflikt, bei dem moderne Technologien wie Panzer, Flugzeuge und chemische Waffen eingesetzt wurden.
(De Eerste Wereldoorlog was het eerste grote conflict waar nieuwe wapens werden ingezet, zoals de tank, vliegtuigen en chemische wapens).
7 Der Krieg endete am 11. November 1918 und legte den Grundstein für den Zweiten Weltkrieg.
(De oorlog eindigde op 11 november 1918 en bleek later de oorzaak voor de Tweede Wereldoorlog)
8 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass der Erste Weltkrieg ein entscheidendes Ereignis in der Geschichte war. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
(Samenvattend kan je zeggen dat de Eerste Wereldoorlog een belangrijke gebeurtenis was in de geschiedenis. Dank voor de aandacht)
_____________________________________________________________________________________________________________________
De opkomst van Adolf Hitler en de SDAP
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de opkomst van Adolf Hitler en de SDAP waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer. Heute möchte ich über den Aufstieg von Adolf Hitler und der Nationalsozialistischen Deutschen Arbeiterpartei (NSDAP) sprechen.
(Dag lieve medeleerlingen en docent. Vandaag wil ik graag iets vertellen over de opkomst van Adolf Hitler en de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP)
2 Nach dem Ersten Weltkrieg befand sich Deutschland in einer schweren Krise. Es herrschten hohe Arbeitslosigkeit.
(Na de Eerste Wereldoorlog bevond Duitsland zich in een zware crisis. Er was veel werkloosheid).
3 Adolf Hitler wurde 1889 in Österreich geboren. Er kämpfte im Ersten Weltkrieg und trat 1919 der NSDAP bei
(Adolf Hitler werd in 1889 in Oostenrijk geboren. Hij vocht mee tijdens de Eerste Wereldoorlog en werd in 1919 lid van de NSDAP)
4 1923 versuchte Hitler, die Macht zu übernehmen. Der Putsch scheiterte, und Hitler wurde verhaftet. Während seiner Haft schrieb er "Mein Kampf".
(In 1923 probeerde Hitler de macht in Duitsland te grijpen. De coupe mislukte en Hitler werd gearresteerd). Tijdens zijn gevangenisstraf schreef hij 'Mijn Strijd')
5 Im Januar 1933 wurde Hitler zum Reichskanzler ernannt.
(In januari 1933 werd Hitler de baas van Duitsland).
6 Hitlers Aufstieg führte zur Errichtung eines totalitären Regimes, das die Grundrechte abschaffte en politische Gegner verfolgte.
(Hitlers machtsovername leidde tot een dictatuur, die grondrechten afschafte en politieke tegensstanders vervolgde).
7 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass der Aufstieg von Hitler und der NSDAP eine der dunkelsten Kapitel der Geschichte darstellt.
(Samenvattend kan je zeggen dat de opkomst van Hitler en de NSDAP een van de meest duistere hoofdstukken in de geschiedenis is)
8 Es ist wichtig, sich an diese Ereignisse zu erinnern. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
( Het is belangrijk om deze gebeurtenissen te herdenken. Hartelijk dank voor de aandacht)
_____________________________________________________________________________________________________________________________________
De Tweede Wereldoorlog
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de Tweede Wereldoorlog waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer. Heute möchte ich über den Zweiten Weltkrieg sprechen, der von 1939 bis 1945 stattfand.
(Dag lieve medeleerlingen en docent. vandaag wil ik graag iets vertellen over de Tweede Wereldoorlog, die tussen 1939 en 1945 plaatsvond)
2 Dieser Krieg war einer der verheerendsten Konflikte in der Geschichte .
(Deze oorlog was een van de meest verwoestende conflicten in de geschiedenis).
3 Der Krieg begann am 1. September 1939. Dies führte dazu, dass Großbritannien und Frankreich Deutschland den Krieg erklärten.
(De oorlog begon op 1 september 1939. Dit leidde ertoe dat Groot-Brittannië en Frankrijk Duitsland de oorlog verklaarden).
4 Während des Krieges führte das Nazi-Regime den Holocaust durch, bei dem sechs Millionen Juden und Millionen anderer Menschen systematisch ermordet wurden.
(Tijdens de oorlog voerde het naziregime de Holocaust uit, waarbij zes miljoen joden en miljoenen andere mensen systematisch werden vermoord).
5 Der Krieg in Europa endete am 8. Mai 1945 mit der bedingungslosen Kapitulation Deutschlands.
(De oorlog in Europa eindigde op 8 mei 1945 met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland.
6 Der Krieg im Pazifik endete am 2. September 1945, nachdem die USA Atombomben auf die japanischen Städte Hiroshima und Nagasaki abgeworfen hatten.
(De oorlog in de Stille Oceaan eindigde op 2 september 1945, nadat de Verenigde Staten atoombommen lieten vallen op de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki).
7 Der Zweite Weltkrieg hatte weitreichende Folgen, darunter die Gründung der Vereinten Nationen, die Teilung Deutschlands und den Beginn des Kalten Krieges.
(De Tweede Wereldoorlog had verstrekkende gevolgen, waaronder de oprichting van de Verenigde Naties, de deling van Duitsland en het begin van de Koude Oorlog).
8 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass der Zweite Weltkrieg ein entscheidendes Ereignis in der Geschichte war, das die Welt nachhaltig veränderte. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
(Samenvattend was de Tweede Wereldoorlog een cruciale gebeurtenis in de geschiedenis die de wereld voor altijd veranderde. Hartelijk dank voor uw aandacht .
______________________________________________________________________________________________________________________________________________________
De holocaust
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de holocaust, waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer. Heute möchte ich über den Holocaust sprechen, der während des Zweiten Weltkriegs stattfand.
(Goedemiddag, beste klasgenoten en leraren. Vandaag wil ik het hebben over de Holocaust die plaatsvond tijdens de Tweede Wereldoorlog).
2 Der Holocaust war der Völkermord an sechs Millionen Juden durch das nationalsozialistische Deutschland. Er fand zwischen 1941 und 1945 statt.
(De Holocaust was de genocide op zes miljoen Joden door nazi-Duitsland. Het vond plaats tussen 1941 en 1945. )
3 Adolf Hitler propagierte die Überlegenheit der "arischen Rasse" und betrachtete Juden, Roma, Homosexuelle, Behinderte und politische Gegner als "Untermenschen", die beseitigt werden sollten.
(Adolf Hitler promootte de superioriteit van het ‘Arische ras’ en beschouwde joden, Roma, homoseksuelen, gehandicapten en politieke tegenstanders als ‘onmenselijke wezens’ die moesten worden geëlimineerd.)
4 Juden wurden in überfüllte Ghettos gezwungen. Die Lebensbedingungen dort waren schrecklich.
(Joden werden gedwongen naar overvolle getto’s. De levensomstandigheden daar waren verschrikkelijk).
5 Die Nazis errichteten Lager wie Auschwitz, in denen Millionen von Menschen systematisch ermordet wurden.
(De nazi’s richtten kampen op als Auschwitz, waar miljoenen mensen systematisch werden vermoord.
6 Die Konzentrationslager wurden 1944 und 1945 von den Alliierten befreit. Die Überlebenden berichteten von den Gräueltaten, die sie erlebt hatten.
(De concentratiekampen werden in 1944 en 1945 door de geallieerden bevrijd. Overlevenden vertelden over de wreedheden waarvan ze getuige waren geweest).
7 Nach dem Krieg wurden die Verantwortlichen für den Holocaust vor Gericht gestellt. Viele wurden verurteilt und hingerichtet.
(Na de oorlog werden degenen die verantwoordelijk waren voor de Holocaust berecht. Velen werden veroordeeld en geëxecuteerd).
8 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass der Holocaust ein beispielloses Verbrechen in der Geschichte war. Es ist wichtig, sich an diese Ereignisse zu erinnern. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
(Kortom, de Holocaust was een misdaad zonder weerga in de geschiedenis. Het is belangrijk om deze gebeurtenissen te onthouden. Hartelijk dank voor uw aandacht. )
___________________________________________________________________________________________________________________________________________________
De Berlijnse Muur
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de Berlijnse Muur, waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer. Heute möchte ich über die Berliner Mauer sprechen. Die Mauer existierte von 1961 bis 1989.
(Goedemiddag, beste klasgenoten en leraren. Vandaag wil ik het hebben over de Berlijnse Muur. De muur bestond van 1961 tot 1989).
2 Nach dem Zweiten Weltkrieg wurde Berlin in vier Sektoren geteilt.
(Na de Tweede Wereldoorlog werd Berlijn verdeeld in vier sectoren).
3 In 1949 wurden zwei deutsche Staaten gegründet: die Bundesrepublik Deutschland (Westdeutschland) und die Deutsche Demokratische Republik (Ostdeutschland). Viele Ostdeutsche flohen in den Westen.
(In 1949 werden twee Duitse staten gesticht: de Bondsrepubliek Duitsland (West-Duitsland) en de Duitse Democratische Republiek (Oost-Duitsland). Veel Oost-Duitsers vluchtten naar het Westen).
4 Am 13. August 1961 begann die DDR mit dem Bau der Berliner Mauer, um die Flucht von Ostdeutschen in den Westen zu verhindern.
(Op 13 augustus 1961 begon de DDR met de bouw van de Berlijnse Muur om te voorkomen dat Oost-Duitsers naar het Westen zouden vluchten.
5 Viele Menschen versuchten, die Mauer zu überwinden, und einige verloren dabei ihr Leben.
(Veel mensen probeerden over de muur te klimmen en sommigen verloren daarbij het leven).
6 Am 9. November 1989 fiel die Berliner Mauer. Der Fall der Mauer führte zur Wiedervereinigung Deutschlands.
(Op 9 november 1989 viel de Berlijnse Muur. De val van de Muur leidde tot de hereniging van Duitsland.).
7 Am 3. Oktober 1990 wurden Ost- und Westdeutschland offiziell wiedervereinigt. Dies war ein historischer Moment .
(Op 3 oktober 1990 werden Oost- en West-Duitsland officieel herenigd. Dit was een historisch moment).
8 Heute ist die Berliner Mauer ein wichtiges Denkmal und eine Erinnerung an die Teilung und Wiedervereinigung Deutschlands.
(Tegenwoordig is de Berlijnse Muur een belangrijk monument en een herinnering aan de verdeeldheid en hereniging van Duitsland).
9 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass die Berliner Mauer ein bedeutendes Symbol der deutschen Geschichte ist. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
(Samenvattend is de Berlijnse Muur een belangrijk symbool van de Duitse geschiedenis. Hartelijk dank voor uw aandacht).
_______________________________________________________________________________________________________________________________________________
De RAF
Je vertelt in 5 a 10 minuten iets over de Rote Armee Fraktion, waarbij je de belangrijkste gebeurtenissen noemt. Tussendoor laat je wat foto's zien en aan het einde van je presentatie vertel je (ook in het Duits) waarom je dit onderwerp hebt gekozen.
Het verhaal dat je vertelt kan ongeveer zó klinken:
1 Guten Tag, liebe Mitschüler und Lehrer. Heute möchte ich über die Rote Armee Fraktion (RAF) sprechen, eine terroristische Vereinigung, die von 1970 bis 1998 in Deutschland aktiv war.
(Goedemiddag, beste klasgenoten en leraren. Vandaag wil ik het hebben over de Rote Armee Fraktion (RAF), een terroristische organisatie die van 1970 tot 1998 actief was in Duitsland).
2 Die RAF entstand in den späten 1960er Jahren aus der Studentenbewegung und den Protesten gegen den Vietnamkrieg.
(De RAF ontstond eind jaren zestig uit de studentenbeweging en protesten tegen de oorlog in Vietnam.).
3 Die RAF wurde 1970 gegründet. Sie betrachteten sich als Guerillakämpfer und wollten den Staat durch bewaffneten Widerstand bekämpfen
(De RAF werd in 1970 opgericht. Ze beschouwden zichzelf als stadsguerrillastrijders en wilden de staat bestrijden door middel van gewapend verzet).
4 Die RAF verübte zahlreiche Anschläge, darunter Bombenanschläge, Banküberfälle, Entführungen und Morde.
(De RAF voerde talloze aanvallen uit, waaronder bomaanslagen, bankovervallen, ontvoeringen en moorden).
5 Der Höhepunkt der RAF-Aktivitäten war der sogenannte Deutsche Herbst im Jahr 1977. Eine Serie von Entführungen und Morden führte zu einer nationalen Krise und einer intensiven Fahndung nach RAF-Mitgliedern.
(Het hoogtepunt van de RAF-activiteiten was de zogenaamde Duitse herfst van 1977. Een reeks ontvoeringen en moorden leidde tot een nationale crisis en een intensieve klopjacht op RAF-leden).
6 Viele führende Mitglieder der RAF wurden in den 1970er Jahren verhaftet und inhaftiert.
(Veel vooraanstaande leden van de RAF werden in de jaren zeventig gearresteerd en gevangengezet).
7 Im Jahr 1998 erklärte die RAF ihre Selbstauflösung. Viele ihrer Mitglieder waren entweder tot oder inhaftiert
(In 1998 verklaarde de RAF zich ontbonden.Veel van haar leden waren dood of gevangengezet).
8 Zusammenfassend lässt sich sagen, dass die Rote Armee Fraktion eine bedeutende Rolle in der deutschen Nachkriegsgeschichte spielte. Vielen Dank für eure Aufmerksamkeit.
(Samenvattend kan worden gezegd dat de Rode Legerfractie een belangrijke rol speelde in de Duitse naoorlogse geschiedenis. Hartelijk dank voor uw aandacht).